Woord van de Dag (REEKS 1)

23 apr

1. de compe’tentie

competenties (mv.)

= je bent bekwaam voor iets.

  • De competentie van de chirurg was duidelijk door de manier waarop hij de complexe operatie uitvoerde.
  • Haar competentie in meerdere talen maakte haar de perfecte kandidaat voor de functie van internationale vertegenwoordiger.
  • De competentie van de leraar in wiskunde zorgde ervoor dat de leerlingen complexe oefeningen gemakkelijk konden begrijpen.

geluidsfragment

 

2. de mentali’teit

mentaliteiten (mv.)

= de manier van denken en voelen

  • Begin met een positieve mentaliteit aan je examen. Je zal dan merken dat je het kan.
  • De mentaliteit van het team was positief, ondanks de eerdere verliezen.
  • Een ondernemende mentaliteit helpt hem bij het oplossen van complexe problemen op het werk.

geluidsfragment

 

3. de partici’patie

participaties (mv.)

= de deelname aan iets

  • De participatie van ouders aan het schoolleven is heel belangrijk.
  • De participatie van alle buurtbewoners bij het schoonmaakinitiatief maakte een groot verschil in de leefbaarheid van de wijk.
  • Door de actieve participatie in de klasdiscussies verbeterden de studenten hun begrip van het onderwerp aanzienlijk.

geluidsfragment

 

4. de ‘overvloed

geen meervoud

= meer dan nodig is

  • In West-Europa hebben we echt een overvloed aan eten en luxe-producten.
  • Na een rijke oogst was er een overvloed aan appels beschikbaar op de lokale markt.
  • Dankzij de overvloed aan informatie op het internet kon ze snel leren hoe ze haar computer moest repareren.

geluidsfragment

 

5. ver’hinderen

hij verhindert, verhinderde, heeft verhinderd

= beletten (syn.)

= je maakt dat iemand iets niet kan doen of dat iets niet gebeurt

  • De verdediger verhinderde dat de aanvaller scoorde.
  • De zware regenval verhinderde het voetbalteam om hun wedstrijd te spelen.
  • Hij installeerde een antivirusprogramma om te verhinderen dat zijn computer geïnfecteerd zou raken met computervirussen.

geluidsfragment

 

 

  •